Machtige geheimen
Kennis is macht, zo ook in tijden van oorlog en conflict. Maar het is niet alleen belangrijk om inlichtingen te vergaren, het is ook zaak om de andere partij zoveel mogelijk kennis te onthouden. Daarom bestaan er dus staatsgeheimen. Maar valt het belang van de staat altijd samen met dat van de burgers? Nee, dat is lang niet altijd het geval, zo bleek vorige week uit de lezing 'Complotdenken, zo gek nog niet' van prof. Stef Aupers. De vraag is hoe we daar achter komen, wanneer documenten vol informatie jarenlang nauwgezet verborgen worden gehouden in de gesloten archieven van geheime diensten. Dr. Eleni Braat liet in haar lezing zien dat historici die onderzoek doen naar staatsgeheimen zich midden in het spanningsveld bevinden tussen het belang van de staat en het recht van de burgers om de staat te controleren. Hoe ga je daar mee om? Dat ligt aan het type historicus dat je bent: een trouwe hond, een hongerige wolf of een luie panda.
Trouwe hond
Als onderzoeker verbonden aan de AIVD kreeg Braat jarenlang toegang tot archieven vol staatsgeheimen die voor de gewone burger gesloten blijven. Daarvoor moest zij wel een prijs betalen: zij diende zich op te stellen als trouwe hond, die zich netjes aan de geheimhoudingsregels houdt. Pogingen tijdens de discussie om haar wat smeuïge informatie te ontfutselen draaiden dan ook op niets uit. De aan een geheime dienst verbonden onderzoeker levert, in ruil voor toegang tot staatsgeheime informatie, haar wetenschappelijke vrijheid om al haar bevindingen openbaar te maken in.
Op jacht naar informatie
De onafhankelijke onderzoeker heeft de vrijheid om haar bevindingen te delen, maar moet wel met de volhardendheid van een wolf te werk gaan om toegang te krijgen tot geheime bronnen. Ze moet, net als de wolf, een groepsdier zijn dat door slim te netwerken informatie onttrekt aan insiders. Ze moet bereid zijn ver te reizen, bijvoorbeeld naar landen waar geheime archieven al wél (deels) gedeclassificeerd zijn. Ze moet zich vastbijten in ellenlange WOB-procedures. Kortom, ze moet tijd hebben. En tijd is geld, ook in onderzoeksland. Mede om die reden zijn beursaanvragen voor onderzoek naar of gebaseerd op staatsgeheimen niet vaak succesvol. Ook daar moet de wolf naar op jacht…
De panda wacht af
Wie liever lui is dan moe kan als een relaxte panda rustig de publicatie afwachten van memoires van voormalige inlichtenagenten. Maar ja, zodra die er zijn weet je precies evenveel als iedere andere lezer. Dan is voor de wetenschapper, die toch vooral dingen wil ontdekken die we níet allemaal weten, de lol er snel vanaf. Overigens kan een goede onderzoeker beter tussen de regels door lezen dan een leek. Denk aan de voorheen geheime documenten die openbaar werden door Wikileaks. Die zijn voor de 'gewone burger' misschien abracadabra, maar een deskundige destilleert daar nuttige kennis uit.
De grens van de wetenschap
Hoe je ook aan je informatie komt, uiteindelijk blijft het de vraag hoe je daaruit wetenschappelijke kennis kunt produceren. Kun je wel aan de wetenschappelijke norm van controleerbaarheid voldoen, als je je bronnen (met het oog op hun eigen veiligheid) niet kunt prijsgeven? Ben je dan eigenlijk niet gewoon een onderzoeksjournalist? En zijn de memoires die overblijven na een rondje censuur door de AIVD nog wel betrouwbare bronnen? Hoe diep tussen de regels door mag je als wetenschapper lezen, voordat je nog slechts aan het speculeren bent? Dat zijn wetenschappelijke uitdagingen waar de wolf en de panda mee te maken krijgen. En die trouwe hond die zich aanschurkt tegen de benen van de geheime dienst, wachtend op de haar toegeworpen brokjes informatie? Die doet er goed aan zich af te vragen of wetenschap die niet kan of mag onthullen eigenlijk wel wetenschap ís. Van oude geheimen nieuwe geheimen maken, is dat niet gewoon een heel andere tak van sport?
Kijk 'Gevoelige geschiedenis' terug. Je kunt het boek van Eleni Braat over haar onderzoek naar de BVD online bekijken. Volgende week de lezing 'Onderzoekers op de rem' van ethicus dr. Annelien Bredenoord. Hoe ga je als wetenschapper om met (medische)innovaties die weerstand oproepen?