Deze column verscheen vrijdag 2 maart op DUB.
Stakende schoonmakers deze week, stakende onderwijzers volgende week, een kernbom in de maak in Iran, een no-nonsense kabinet met een wetenschapsagenda die niets maatschappelijks beoogt, een premier die niet naar Rio gaat (omdat duurzaamheid niet iets is van nationale politiek): het is waarlijk alsof de jaren tachtig zijn wedergekeerd. 'Do-it-yourself' was de slogan.
In deze tentoonstelling, en ook al de laatste maanden in de kranten, tijdschriften en deze week de hele VPRO-gids, aandacht voor de lifestyle, vormgeving, kunst en muziek uit die periode. In de etalage van de Bijenkorf schitteren rood, hard roze, KLM-blauw en veel fel groen je tegemoet. Nu zijn het jurkjes van 200 euro en geen beenwarmers, trainingspakken of Bowie-leggings, maar de inspiratiebron is overduidelijk. De eighties, om precies te zijn de late jaren zeventig en begin jaren tachtig, zijn overal terug.
Zelf ben ik niet zo nostalgisch naar die tijd en het fenomeen waarvan ik het meest hoop dat het ons bespaard blijft zijn the no future kids. Als welopgevoed en opgeleid mens was het al niet zo geweldig om van PhD naar postdoc te hobbelen en daarna net als mijn vrienden tot ver in de dertig te leven van tijdelijke contracten. In Engeland, waar ik woonde, kwam ik de echte kids tegen, niet in het lab, maar wel in de pub. De self-employed poet of self-employed builder die ook kunst maakte. Het klonk interessant, maar het was een 'scheme' van Mrs. Thatcher om de jeugd met een veel te lage toelage uit de uitkeringen te krijgen, zodat ze niet meetelden in de werkloosheidscijfers. Al weet ik dat het Meryl Streep is, ik word nog steeds niet blij als ik langs de bushokjes fiets en zij mij aanstaart vanaf een filmposter.
Vroeger was de toekomst leuker, zei Kamagurka al, en nu lijkt het verleden leuker dan het toen was. Vooral de harde verhoudingen tussen werkgevers en werknemers, bedrijven en ngo's uit die tijd, die hoeven wat mij betreft niet terug. Toch lijkt de backlash nu al te zien; minder aandacht voor dialoog en transparantie (draai de WOB maar terug). Het terugtrekken op de eigen discipline in de wetenschap, met minder aandacht voor maatschappelijke aspecten, reken ik daar ook toe - volgens mij is de Nederlandse wetenschapsagenda daar een voorbeeld van. Recent las ik ook over de huidige directeur van NIH, Francis Collins, dat hij een 'science only' en 'technology driven' agenda voorstaat, nadat hij jarenlang werkte aan het human genome en de wereld overtuigde dat het vastleggen daarvan de menselijke gezondheid met grote sprongen vooruit zou brengen.
Zijn we echt terug in de jaren tachtig? Gaan de dingen inderdaad in cirkels? Bij Studium Generale gaan we het de komende weken onderzoeken. De coole dingen uit die tijd, die jonge kunstenaars van nu inspireren komen aan bod, denk aan punk en slam-poetry, maar ook reflectie op wat een tijdperk met je doet en wie je dan zelf echt zelf? Hans Achterhuis is niet zo trots op zichzelf in die tijd, te utopisch en Carline Nevejan, zelf kraker en internetpionier is nu werkzaam als wetenchapper en adviseert beleidsmakers over democratie.
Onderzoek alles en behoud het goede, dat geldt ook hier. Do-it-yourself werkte toen heel activerend en bracht allerlei nieuwe goede dingen voort. Een beetje nostalgie is toch ook niet verkeerd en misschien kunnen we de harde kantjes van toen er af laten, omdat we nu weten waar ze zitten. Ik denk dat we opnieuw in een soort maatschappelijke puberteit zitten en over een aantal jaar alleen maar mooier onder onze pukkeltjes vandaan zullen komen.