Voor sommige wetenschappers is spel een uitstekende manier om hun onderzoek te presenteren. Dat geldt zeker voor Diederik Kruijssen, verbonden als promovendus aan het Sterrenkundig Instituut Utrecht en de Sterrenwacht Leiden, en initiatiefnemer van het spel Collision. De speler kan in deze game de meest verafgelegen grenzen aftasten die we kennen, namelijk die van het heelal.
Copernicus wist het vier eeuwen geleden al: de mooiste dingen spelen zich in de hemelen af. Met dezelfde fascinatie onderzoekt Kruijssen botsende sterrenstelsels. Sterrenstelsels, bestaand uit gas en vooral uit miljarden sterren, verzorgen een groots intergalactisch vuurwerk bij een botsing. De stelsels vervormen elkaar, trekken en drukken materie in en uit elkaar door onvoorstelbare zwaartekrachtsvelden, en hebben reusachtige supernova's (exploderende sterren) en zwarte gaten tot gevolg. Afgezien van de verwoestende effecten van zo'n botsing, is het eigenlijk vooral heel mooi om te zien wat er precies gebeurt. En als je ook nog eens begrijptwat er allemaal aan de hand is, wordt het alleen maar mooier.
Berekenen is een groot onderdeel van begrijpen. Met de natuurwetten in het achterhoofd kan een astronoom vanuit zijn luie stoel een heel eind komen door met pen en papier te berekenen wat zich allemaal afspeelt in botsende sterrenstelsels. Je kan uitrekenen hoe snel sterren bewegen, hoe lang ze leven, hoe lang ze nog te leven hebben, of ze uit elkaar drijven; de wetenschap is wat dat betreft al goed op weg in het beschrijven van het heelal
Met een computer is het voor de astronoom natuurlijk nog makkelijker om zulke berekeningen te maken, of beter nog, om de gebeurtenissen te visualiseren door bijvoorbeeld een animatie. Zo laat Kruijssen een fraaie animatie zien, op basis van beelden van de Hubble telescoop (en dus de realiteit), van twee botsende sterrenstelsels. Daar kan een blaadje met formules natuurlijk niet tegenop.
Toch is zo'n animatie voor Kruijssen niet voldoende. Hij wil toegang hebben tot de botsing, er middenin zitten en de ruimte verkennen. Games kunnen voor deze ervaring zorgen. Er bestaan al vele simulatiespellen. Wie zich piloot van een straaljager wil wanen, of een Formule 1 wagen wil besturen, kan zijn interesse bevredigen in de dichtsbijzijnde computerspellenwinkel. Het inspireerde Kruijssen tot het spel Collision, waar je al het moois in de hemelen zelf mee kan maken.
Het verhaal van Collision is als volgt; het nabijgelegen buurmansterrenstelsel Andromeda komt op ons afgeraasd en botst over drie miljard jaar met ons eigen melkwegstelsel. Fictie? Nee, het is de harde realiteit. Sterren om ons heen zullen exploderen en als de Aarde dat al overleeft, wordt het waarschijnlijk wel opgeslokt door een van de zwarte gaten die zullen ontstaan. Tijd voor de mens dus om een ander, veilig onderkomen te zoeken. In de rol van de leider van deze missie dien je je ruimteschip naar verre oorden te sturen, waarbij je ondertussen gebruik kan maken (of last kan hebben!) van krachten zoals de zwaartekracht. Net als 'in het echt' dus.
Het spel is zowel het resultaat van onderzoek, als een manier om onderzoek te presenteren. Bewegende beelden zijn aansprekender dan een grafiek of formules. Zo is het nut van het spel wederkerig: het spel bestaat uit kennis, maar levert door de visualisatie nieuwe inzichten op. Bovendien zou het spel zomaar een bron van nieuwe wetenschappers aan kunnen boren, zoals scholieren die tijdens het spelen van het spel gefascineerd raken door astronomie.