Levenskunst voorjaar
Een interessante poging tot volksverheffing of een wetenschapper op zoek naar roem?
De disputatio en het publieke debat
In het midden van de 17e eeuw komt de Verlichting op als reactie op het scholasticisme. De theologie verliest hiermee haar vooraanstaande positie aan de universiteit. Prof. Willem Hendrik Gispen legt in zijn lezing uit dat de grammatica, dialectica en retorica het kerncurriculum van de universitaire opleiding vormden. Deze drie leergebieden kwamen samen in de disputatio, toentertijd de belangrijkste onderwijsvorm aan de universiteit: aan de hand van een tekst moesten de studenten leren debatteren. De disputatio is interessant omdat het aan de Universiteit Utrecht heeft geleid tot één van de belangrijkste publieke debatten uit haar geschiedenis: de Universiteit Utrecht was de eerste universiteit waar de verlichte ideeën van Descartes ingang vonden. Uit de disputatios van de studenten bleek dat ze dit nieuwe gedachtegoed erg interessant vonden en graag wilden bestuderen. Volgens de toenmalige rector magnificus van de universiteit, Gisbertus Voetius, ging dit echter veel te ver. In een aantal verordeningen werd het daarom verboden om de teksten en ideeën van Descartes aan de universiteit te onderwijzen. Dit leidde uiteraard tot grote spanningen en veel debat in de collegezalen, maar ook in de samenleving. Deze rol is de universiteit in de loop der eeuwen blijven vervullen en is één van haar kerntaken geworden: academische discussies als aanzet voor het publieke debat.
Het publiek stelt zijn eigen regels
Drs. Anja Smit (directeur Universiteitsbibliotheek, UU) vindt Rousseau's ideeën over de wetenschap en het publieke debat 300 jaar na dato nog steeds de moeite waard. Rousseau noopt ons om een kritische houding aan te nemen ten opzichte van de wetenschap, vertelde ze in haar column. De wetenschapper is vandaag de dag niet meer uit de samenleving weg te denken en een publieke intellectueel. Wetenschappers die zich in het publieke debat mengen zijn echter niet direct een succesformule. Zo zijn er wetenschappers die niet alleen stellingen verkondigen over hun eigen vakgebied, maar ook over allerlei andere vakgebieden. Het gevaar bestaat dat het grote publiek deze meningen voor waarheid aanneemt, omdat 'als de wetenschapper het zegt, hij wel gelijk zal hebben.' Bovendien is er in het publieke debat vaak weinig ruimte voor kritische reflectie, aangezien zelfverzekerde opinies verpakt in oneliners de meeste aandacht van de media krijgen. Prof. Gispen is van mening dat wetenschappelijke bescheidenheid op zijn plaats is: de kennis en de onderzoeksmethoden die we op dit moment bezitten zijn over enkele decennia waarschijnlijk weer gedateerd. Wetenschappers moeten er daarom voor waken hun onderzoeksresultaten als onwrikbare feiten aan het grote publiek te presenteren. Slechts degene die weet dat hij niet veel weet is daadwerkelijk wijs.
De hele lezing van prof. Gispen en column van drs. Anja Smit terugzien? Bekijk hem hier. Op dinsdag 29 mei zullen prof. Michael Zuckerman en dr. Bas Levering een column en een lezing verzorgen over Rousseau en de opvoeding.