Cover to cover
Ik zit in een boekenbubbel, realiseerde ik me begin dit jaar. Toen ik naar de ranglijst van bestverkochte boeken van 2022 keek, stonden daar maar liefst 12 zelfhulpboeken in. Nu ben ik best een fanatieke lezer – vooral in de zomermaanden verslind ik romans – maar van deze titels had ik er niet één gelezen. Boeken als Omringd door idioten van Thomas Erikson, Dingen die je alleen ziet als je er de tijd voor neemt van Haemin Sunim, of Master your Mindset van Michael Pilarczyk. Waar komt die populariteit toch vandaan? Mis ik iets?
De zelfhulpboekentrend is niet nieuw. Volgens journalist Maarten van den Heuvel, schrijver van AEX van de ziel over de geschiedenis van adviesboeken sinds 1945, laat de huidige trend zien dat we ons welzijn steeds meer als eigen verantwoordelijkheid beschouwen. Een goed voorbeeld zijn de bestsellers uit de jaren '90, zoals Rhonda Byrne’s The Secret. Het boek werd omarmd door Oprah Winfrey – met haar boekenclub een influencer avant la lettre - waardoor er zo’n 21 miljoen exemplaren werden verkocht. De premisse: als je maar ergens hard genoeg in gelooft dan wordt het vanzelf werkelijkheid. Succes is een keuze. Een boodschap die naadloos aansloot bij het opkomende neoliberalisme.
Na de kredietcrisis van 2008 kwam er een tegengeluid. In haar adviesbijbel De moed van imperfectie (2010) veroordeelt Brené Brown onze constante hang naar succes. Falen hoort bij het leven, en we zouden voor geluk moeten kiezen. Brown kan het ongetwijfeld goed vinden met Mark Manson, die in 2013 De edele kunst van not giving a fuck publiceerde. Hij hekelt de ratrace en het perfectionisme dat de samenleving van ons verlangt. “De meeste mensen zijn tamelijk middelmatig in wat ze doen,” schrijft hij: een geruststellende boodschap. Ik heb de feloranje voorkant van Mansons boek talloze malen gezien in de trein, op verlanglijstjes voor Sinterklaas en bij de boekenwinkel op het vliegveld, waar reizigers vaak op het laatste moment nog een makkelijk leesbare bestseller meepikken.
In If Books Could Kill, één van mijn favoriete podcasts, bespreken journalist Michael Hobbes en advocaat Peter Shamshiri die populaire vliegveldboeken - non-fictie die vaak bol staat van de historische simplificaties en verkeerd geïnterpreteerde statistieken. Ze laten zien hoe de ideeën in deze boeken, ondanks hun twijfelachtige onderbouwing, toch doorwerken in de maatschappij. “Superspreader events of American stupidity,” noemt Hobbes ze. Of in Shamshiri’s woorden: een “natural vessel for pseudoscience and fake history.” Naast bekende non-fictietitels als Outliers van Malcolm Gladwell en Francis Fukuyama's The End of History and the Last Man, komen er ook zelfhulpboeken voorbij. Hobbes en Shamshiri maken bijvoorbeeld op scherpe en grappige wijze gehakt van The Secret en het idee dat je kosmische krachten kunt aanwenden om voorspoed en geluk af te dwingen.
Moeten we deze werken dan links laten liggen? Volgens journalist Van den Heuvel niet. Hij adviseert om, ook als je eigenlijk niet van het genre houdt, de populairste zelfhulpboeken van het moment te lezen. “Niet zozeer om jezelf beter te leren begrijpen, maar omdat ze inzicht geven in wat er leeft in de maatschappij.” Zoals de AEX een graadmeter is van de financiële markt, zijn zelfhulpboeken dat van onze ziel. Het inspireerde mij als programmamaker om een serie te maken waarin we wetenschappers vragen om bekende zelfhulpboeken uit verschillende decennia kritisch te lezen en te bespreken met het publiek. Leuk voor fans van het genre én voor mensen zoals ik, die zo'n zelfhulpboek niet snel uit de kast zullen pakken.