Nobelprijzen
Zou het niet handig zijn als een er middeltje was dat ons van deze angst kon afhelpen en ons wat moed gaf? En bij voorkeur moet het dan ook een middeltje zijn dat niet schadelijk is, slechts kort werkt en goedkoop is. Klinkt utopisch? Nee hoor, dat middeltje bestaat gewoon. En wel in de vorm van het hormoon testosteron. Dat vertelde prof. dr. Jack van Honk (bijzonder hoogleraar experimentele psychologie aan de Universiteit Utrecht) in de Nobelprijzenreeks.
Testosteron, een mannenhormoon?
Nobelprijswinnaar Leopold Stephan Ruzicka was van 1926 tot 1929 aan de Universiteit Utrecht verbonden en deed baanbrekend onderzoek naar hormonen. Hij was de eerste die testosteron synthetiseerde en zijn werk vormt de basis voor het hedendaagse onderzoek naar hormonen. Dat onderzoek doorbreekt veel bestaande mythes. Zo bestempeld men testosteron als 'het mannelijk geslachtshormoon' en de oorzaak van allerlei nare menselijke karaktertrekken, zoals agressiviteit en sociaal disfunctioneren. Van Honk maakt korte metten met deze beweringen en legt uit dat testosteron een veelzijdig en bovendien essentieel hormoon is.
Misverstanden onder de loep
Ten eerste is testosteron niet 'mannelijk', het is bij beide geslachten aanwezig. Van Honk durft zelfs te stellen dat testosteron misschien wel in hogere concentraties aanwezig is bij vrouwen dan bij mannen, alleen dan in aangepaste vorm. Testosteron wordt bij vrouwen namelijk in de eierstokken omgezet tot het hormoon estradiol, door het enzym aromatase. Estradiol is een iets aangepaste vorm van testosteron en technisch gezien bijna identiek.
Ten tweede is het hormoon geen veroorzaker van agressiviteit. Testosteron zorgt slechts voor dominant gedrag. Wanneer iemand relatief hoge concentraties testosteron heeft, zal deze persoon langer naar boze gezichten kunnen kijken (dominant gedrag) dan wanneer iemand relatief lage concentraties testosteron heeft. Zolang het gezag niet wordt uitgedaagd of ondermijnd, zal iemand die dominant is zelden agressief worden.
Ten derde, hoge concentraties testosteron of een hoge gevoeligheid voor het hormoon zou een oorzaak zijn van sociaal disfunctioneren. Dat is onzin, aldus Van Honk. Het hormoon is juist belangrijk voor normaal gedrag in sociale situaties. Wanneer je bijvoorbeeld op een sollicitatiegesprek zit, neemt de concentratie cortisol - het stresshormoon - toe. Dit hormoon kan potentieel iemand totaal doen verstijven van angst. Maar door een buffer van testosteron gebeurt dit meestal niet, waardoor mensen onder sociale stress toch nog kunnen functioneren (zij het met klamme handjes).
Waar kan ik dat kopen?
Testosteron is dus een basishormoon dat onmisbaar is voor ons (sociaal) functioneren. Voordat je naar de lokale apotheek rent voor een voorraadje testosteron: teveel en chronisch gebruik heeft negatieve effecten bij zowel mannen als vrouwen.
Wel kan testosteron, volgens Van Honk, een goede vervanger zijn voor anti-depressiva of anti-psychotica, omdat het ook een krachtige angstremmer is. Kortdurend gebruik zou de hersenen kunnen leren er meer van aan te maken. Maar de kans dat testosteron als medicijn ooit de geneeskundige praktijk haalt is zeer klein. Het hormoon is goedkoop en dus valt er voor de farmaceutische industrie weinig aan te verdienen. De productie van testosteron is erg simpel. Van Honk: "testosteron is goedkoper dan water, in onze experimenten zijn we meer kwijt aan de placebo's."
Hebben onze politici hoge testosteronspiegels? Voor het antwoord en meer kijk je de lezing 'Hormonen de baas' terug. Volgende week prof. dr. Willem Kegel over zelforganisatie. Wanneer we dit proces goed begrijpen kunnen we volgens hem de vraag der vragen stellen: hoe onstaat leven?