We weten dat we ons consumptiepatroon moeten veranderen, willen we in 2050 alle monden kunnen blijven voeden. Maar hoe realistisch is het dat dit gaat lukken? In een interview in de Volkskrant stelt de Britse voedselwetenschapper Tim Lang, één van de 37 onderzoekers voor het rapport, dat in de afgelopen vijftig jaar is gebleken dat eetpatronen kunnen veranderen in vrij korte tijd. Europeanen zijn in de afgelopen vijftig jaar veel meer vlees en bewerkt voedsel gaan eten, maar in de laatste tien jaar juist weer meer vegetarisch. Deze bereidheid tot verandering biedt mogelijkheden.
De 37 wetenschappers die drie jaar lang onderzoek deden naar het ultieme dieet voor de 21e eeuw komen uit allerlei hoeken van de wetenschap: voedingsexperts, economen, ecologen, epidemiologen en klimaat- en beleidswetenschappers. Ze stellen de tien miljard mensenmonden in 2050 alleen op een gezonde en duurzame manier gevoed kunnen worden als we minder (rood) vlees en zuivel gaan eten, en meer peulvruchten en groenten. Naast ons voedingspatroon moet ook de productie daarvan drastisch veranderen: verspilling moet worden teruggebracht en natuur en biodiversiteit moeten beter worden beschermd.
Wereldwijd vindt er nog steeds een toename van ziektes als gevolg van ongezond eten plaats, zoals obesitas, hart- en vaatziekten en diabetes. Maar bij wie ligt hiervoor de verantwoordelijkheid? In de lezing “Meer weten, beter eten”, stelde voedingswetenschapper Jaap Seidell al dat onze maatschappij er op lijkt ingericht om dik te worden. Dit is niet alleen in rijke landen het geval, maar ook in arme en opkomende landen zoals India, China en Mexico. Obesitas is allang geen welvaartsziekte meer.
Hoewel voedingsadviezen soms onderhevig aan hypes lijken te zijn (soms is suiker de grote boosdoener, dan weer vet), is er zeker ook sprake van continuïteit in de ideeën over wat gezond is. De schijf van vijf wordt zo nu en dan aangepast naar nieuwe wetenschappelijke inzichten, maar dat meer groenten en peulvruchten in plaats van rood vlees en zoete of vette snacks gezonder is, staat al een tijdje als paal boven water, zegt Seidell. Inzichtelijke rapporten, zoals deze recente publicatie in The Lancet, dragen bij aan meer kennis over duurzaam en gezond voedsel om een individuele verandering van voedselpatronen teweeg te kunnen brengen. Daarnaast blijft het aan de overheid en bedrijven om voorwaarden hiervoor te kunnen scheppen. Hopelijk spoort dit rapport hiertoe aan.
Kijk de lezing van Jaap Seidell over do's and don'ts wat betreft gezonde voeding hier terug.
In de aankomende lezingenreeks 'Met het doel voor ogen' is er ook aandacht voor de combinatie duurzaamheid en gezondheid, in de lezing van milieufilosoof Hanneke Muilwijk. Op 12 maart zal zij ingaan op de vraag welke aanpassingen van onze voedingsgewoonten kunnen zorgen voor verduurzaming.