Terrorisme dichtbij
“Nederlandse jihadisten kunnen beter sneuvelen in Syrië of Irak dan terugkeren naar Nederland,” zei Mark Rutte afgelopen februari. Hoewel tolerantie een kernwaarde is in de Nederlandse samenleving, ligt een tweedeling op de loer. Want dergelijke retoriek en veroordeling kan leiden tot uitsluiting wat de kans op radicalisering alleen maar groter maakt. Dr. Ernst van den Hemel (Religiewetenschap, UU), debatleider van het derde Terrorisme dichtbij debat: “Er is een kloof in de belevingswereld van de gemiddelde Nederlander en de geradicaliseerde moslim. We praten veel over ze, maar weinig met ze.” Hoe kunnen we ervoor zorgen dat polarisatie niet ontaardt? Moet je proberen een Syriëganger te begrijpen, of zijn er grenzen aan ons inlevingsvermogen? Hoe tolerant moeten we zijn?
Streng religieus maar niet radicaal
Wanneer is iemand radicaal? Dr. Elsbeth Visser-Vogel (Pedagogiek, UU) laat met haar promotieonderzoek zien dat streng geloven helemaal geen opstapje hoeft te zijn naar radicalisering. Ze interviewde moslimjongeren over de ontwikkeling van hun religieuze identiteit: “Als je die jongeren een checklist zou laten invullen over radicalisering, komen veel er als radicaal uit, terwijl dat uit mijn ervaring helemaal niet blijkt.” De jongeren spreken veel in 'wij' en 'zij', en laten zich negatief uit over 'de Nederlanders', maar participeren wel erg actief in de eigen gemeenschap. Ze zijn streng religieus, maar absoluut niet politiek radicaal. Het beeld van de glijdende schaal van orthodoxie naar radicalisering waarop beleid gebaseerd is, moet daarom worden bijgesteld volgens Visser-Vogel.
Van hardcore naar salafisme
Dennis Honing is expert uit de praktijk, hij tekende zijn ervaringen op in het boek 'Ongeloofwaardig. Hoe ik mezelf radicaliseerde – en daar weer van terugkwam'. Honing is moe van berichten in de media die radicalisering verbinden met sociale uitsluiting, stoornissen of werkloosheid. Hij radicaliseerde omdat hij zich graag wilde afzetten: “Eerder draaide ik hardcore omdat dat het enige was dat mij PvdA-vader niet oké vond. Later had ik een jurk en een baard. Heerlijk een beetje provoceren.” “Je hebt gothics, punkers, waarom mag de Islam geen subcultuur zijn?” Toch was de radicalisering van Honing niet alleen een provocatie naar zijn vader, maar ook een protest tegen de oudere gematigde generatie Moslims in Nederland die volgens hem te traag en voorzichtig zijn en problemen binnen de islam ontkennen. “Dan worden salafisten interessant, die zijn tenminste eerlijk.” Drs. Ron van Wonderen van het Verwey-Jonker instituut herkent dit verhaal. “Radicalisering is bijna een individueel proces, uitsluiting kan een rol spelen, maar dat is lang niet altijd zo.”
Averechts beleid?
“Het interventieplan Jihadisme werkt radicalisering juist in de hand!” zegt een bezoeker. "Waarom wordt altijd de gehele moslimgemeenschap aangesproken als het om radicalisering gaat? De Integrale Aanpak Terrorisme schiet met hagel, en beledigt daardoor veel mensen". Van Wonderen: “Het plan was een reactie op de eerste Syriëgangers en is daardoor in slechts een paar weken gemaakt.” Inmiddels is er een bredere aanpak, die meer op preventie is gericht bijvoorbeeld door opvoedondersteuning en oplossingen binnen de moslimgemeenschap.
Volgens Honing moet er vooral een verschil gemaakt worden tussen orthodox gelovig zijn en de wet overtreden. “Als Nederlanders naar Syrië vertrekken en daar mensenrechten schenden moeten we daar hard tegen optreden. Maar we moeten niet zo belerend doen. De 'ideale moslim' wordt voorgesteld als een jongerenwerker die op Cruijff-voetbalveldjes in achterstandswijken de jeugd helpt, maar als je orthodox bent en afwijkt van het merendeel dan is er iets mis met je. Mensen krijgen te snel een stempel opgedrukt.” Ook de jongeren waarmee Visser-Vogel sprak voelden zich gestigmatiseerd, vooral door de media.
Van den Hemel sloot de avond af met: “Één van de doelen van deze bijeenkomsten is om niet zomaar mee te gaan met het frame dat vaak in kranten of zelfs in beleidsstukken gegeven wordt, maar je daar kritisch tot te verhouden. De blijvende vraag is: “Wat is de rol van geloof, en ook onwenselijk geloof in de 21ste eeuw? Hoe kunnen we die dingen van elkaar scheiden? En wie bepaalt dat überhaupt? Daar hebben we vast nog veel van deze bijeenkomsten voor nodig. Laten we hopen dat we het daar niet alleen over zullen hebben in het licht van explosies en rampen.”
Kijk de debatavond 'Slachtoffer of crimineel' terug, en kijk ook de eerdere avonden in de serie Terrorisme dichtbij, waarin we keken naar terrorismebeleid in Utrecht, en de spanning tussen privacy en veiligheid.