Science Café Utrecht
Het nieuwe jaar was net begonnen en mijn oog viel op een krantenbericht: ‘Aantal auto’s in Nederland stijgt in razend tempo, files worden even snel langer en zwaarder’. Nederland slibt langzaam dicht met autoblik. Tien jaar geleden hadden we 8,2 miljoen personenauto’s en nog voor 2030 zullen dat 10 miljoen auto’s zijn. En die auto’s staan vaak stil. De bestuurders en de ANWB maken zich zorgen over de files, die zullen komende jaren gaan toenemen vanwege gepland onderhoud aan wegen en bruggen. Ik heb zelf een auto en die staat ook vaak stil, maar dan op de straat voor mijn huis. Parkeren is ook een ding. Eerder berichtte NOS dat grote gemeenten kampen met parkeerdruk. Al dat blik, al die files. Het is tijd om onze autoverslaving eens onder ogen te zien.
De motor is de norm
In het Science Café nodigden we drie wetenschappers uit om te praten over de auto als cultureel fenomeen en of we ook zonder kunnen. Auto’s zijn overal, en de norm: als ik naar buiten kijk zie ik - naast mijn eigen - een hele rits auto's op straat; mijn dochters eerste woordje was letterlijk 'auto'. Prof. Marco te Brömmelstroet (UvA) geeft een aantal alledaagse voorbeelden van de zogenaamde 'motonormativiteit' op het internet beter bekend als 'car brain'. Als voetgangers of fietsers over willen steken moeten ze een knopje indrukken; een straat is ‘afgesloten voor verkeer’ als er geen auto’s doorheen kunnen; autobezitters willen dat ze gratis hun auto mogen parkeren in de publieke ruimte en na het radiojournaal moet elke luisteraar horen dat er mensen vast staan in een rij met auto’s op de A4, A12, A13 of waar dan ook. Waarom vinden we dat niet gek? Dr. Vanessa Timmer (UU) legt uit hoe sinds de jaren 50 auto’s centraal zijn komen te staan in stadsplanning. Dat begon in Amerika, waar iedereen droomde van een huis met een auto voor de deur, waarmee je overal naar toe reed over grote brede snelwegen. Maar net als zoveel andere Amerikaanse dromen en ideeën waaide dit over naar onze kant van de oceaan.
De auto betekent vrijheid
Waarom kruipen we achter het stuur en wat is ervoor nodig om ons er weg te krijgen? Dr. Jaime Soza Parra (UU) onderzoekt de psychologie van bestuurders. Hij somt het op. Voor veel mensen is het bezit van een auto een must geworden. Het stalen ros staat voor vrijheid, avontuur en veiligheid. Veel reclames spelen daar ook op in. Daarnaast zijn huizenprijzen gestegen en dat drijft mensen uit de stad, waardoor ze verder moeten reizen naar hun werk, naar de sport of de supermarkt. Ook zijn er mensen met een handicap of ziekte voor wie de auto noodzakelijk is. Het openbaar vervoer in Nederland is duur en vaak onprettig vanwege de drukte. Te Brömmelstroet: “Uiteindelijk is toch alles terug te voeren op beleid dat autogebruik subsidieert, in die zin zijn we verslaafd gemaakt en dat worden we ook gehouden”.
De strijd om de openbare ruimte
Nederland heeft het meeste aantal auto’s per vierkante meter van de EU. De openbare ruimte is vol, want naast al die auto’s zijn er bussen, trams, scooters, fietsers en voetgangers. Dit levert gevaarlijke situaties op: het aantal verkeersdoden neemt toe. Brömmelstroet: “Afgelopen jaar stierven 17 kinderen in auto-ongeluk op weg naar school en slechts een klein aantal van de ernstige gevallen halen het nieuws, maar wat doen we aan dat verkeersgeweld? Er wordt geroepen dat er een helmplicht moeten komen en tegen kinderen zeggen we, terecht, dat de straat gevaarlijk is. Dat is toch belachelijk. Wat mij betreft moet de infrastructuur echt anders. Ik krijg in het buitenland vaak te horen: met al die fietspaden doen jullie het toch geweldig! Maar moeten we echt blij zijn met 30 km/uur in een straat waar kinderen willen spelen?” Hij pleit dan ook voor verzet en voor een mindset verandering: “Waarom hebben steden een wethouder mobiliteit, en geen wethouder kinderen?”
Beleid moet de opmars van het asfalt stoppen
Een publieke ruimte die is ingericht op fietsers en voetgangers is vriendelijker, veiliger, aangenamer en groener. Waarom geven we dan auto's prioriteit? Volgens de sprekers moeten niet individuen de schuld geven of een wereld zonder auto's creeëren, maar het systeem veranderen. En dat kan! In Wales zijn ze gestopt met het bouwen van wegen vanwege de kosten en de duurzaamheidsdoelen. Parijs heeft onder leiding van burgemeester Anne Hidalgo een ware transformatie ondergaan, waarin fietspaden worden aangelegd en auto’s geweerd. Ze doet dat als onderdeel van een groter verhaal over een stad die moet herstellen en verbinden. Meer steden lijken in te zien dat al dat asfalt slecht is voor de leefbaarheid en gezondheid in de stad en proberen het tij te keren, zoals Barcelona en Brussel. Maar we zien het ook in Utrecht, waar de Catherijnesingel in ere is hersteld.
Al deze infrastructuur in steden is prachtig, maar dat weerhoudt de Nederlander er dus niet van om (grote) auto’s te kopen en te gaan file rijden. Te Brömmelstroet blijft hameren op de financiële kant van het verhaal. De autolobby moet aan banden gelegd worden en de autogebruikers moeten de ware prijs van hun reis betalen, dat betekent dat belastingvoordelen ook moeten verdwijnen.
Onthaasten
Vanessa Timmer sluit de avond af: “Ik kijk toch hoopvol naar de toekomst. Als beleidsmedewerkers, politici, stadplanners en burgers zich gaan afvragen: hoe kunnen we ergens op een andere manier komen? Waarom bewegen we überhaupt zoveel van a naar b? Als we de openbare ruimte meer inrichten voor mensen in plaats van vervoersmiddelen kunnen we misschien rustiger en inefficiënter leven. Afkicken van auto’s vergt een culturele verandering en niet alleen een technische en planmatige. Uiteindelijk moet welzijn het ultieme doel zijn en dan denk ik dat je ook allerlei duurzaamheidsdoelen haalt.”
Nederland is een kleine mierenhoop vol drukke en haastige inwoners. We maken veel kilometers in de auto, met de bus of op de fiets. Misschien moeten we iets minder vaak onderweg zijn.
Bekijk het hele gesprek en lees de prachtige poëtische bijdrage van die avond: 'poging tot een zacht en inefficiënt leven' van Nicole Kaandorp van Mensen Zeggen Dingen.