Afgelopen maanden zagen we hoe de energie- en gasprijzen in rap tempo omhoog schoten. Alleen al in de laatste maand is de gasprijs verdubbeld en zelfs vertienvoudigd in vergelijking met de prijs van een jaar geleden. Terwijl de energiecrisis al maar groeit in Europa, wordt er in Nederland nog weinig gedaan om haar bewoners tegemoet te komen. Voor veel mensen betekent dit dat hun energierekeningen een stuk hoger worden. Ondertussen verdienen bedrijven als Shell en Unilever steeds meer geld per werknemer, terwijl de lonen van deze werknemers niet verhoudingsgewijs meestijgen. Geld om burgers te steunen zou er dus wel moeten zijn, maar is hiervoor (nog) niet beschikbaar gesteld. De oplossing lijkt simpel: wat nou als we met zijn allen op ‘energiedieet’ gaan? Als iedereen het roer omgooit en start met verduurzamen? Wanneer we overstappen op groenere alternatieven, zijn we niet meer afhankelijk van duur gas als energiebron. Een paar zonnepanelen op je dak, kiezen voor elektrisch rijden en je bent uiteindelijk goedkoper uit dan wanneer je voor gas kiest.
Hier komt echter een probleem om de hoek kijken: investeren in duurzame opties kost vaak veel geld. Zoals het er nu uitziet, is echte verduurzaming vooralsnog alleen weggelegd voor de happy few. Bestuurskundige Shivant Jhagroe (Universiteit Leiden) noemt de groep mensen die de middelen heeft om groene keuzes te maken de ‘eco-elite’. Jhagroe promoveerde op de politieke betekenis van duurzame verstedelijking en liet met zijn onderzoek zien dat veel duurzaamheidsinitiatieven de burgers met een minder groot vermogen slechter bereiken. Zo verandert duurzaam leven van een recht in een privilege.
Maar hoe komt dit? En wat kunnen we eraan doen? Volgens Shivant Jhagroe is de eco-elite in het leven geroepen door depolitisering van duurzaamheid. Dit wil zeggen dat ‘groen doen’ geen politieke kwestie meer is, maar is veranderd in een probleem van de markt. Groen is door deze depolitisering “gereduceerd tot een kwestie van slimme samenwerkingen, technologische innovaties en het maken van bewuste groene keuzes”, zegt Jhagroe. Hoe dit vaak in zijn werk gaat? De consumerende mens heeft een schuldgevoel – door een verre vliegvakantie – kijkt vervolgens in diens portemonnee en koopt deze schuld dan weer af, door te kiezen voor biologisch fruit en vlees, bijvoorbeeld. Voor de andere groep is deze manier van duurzaam leven simpelweg te duur, waardoor het ook automatisch niet relevant is. Zo worden de mensen die niet tot de eco-elite behoren structureel buitengesloten in duurzaamheidsinitiatieven.
Als we willen verduurzamen, moeten we eerst het begrip duurzaamheid inclusiever en socialer maken, zegt Jhagroe. Duurzaamheid moet meer worden gepolitiseerd en niet meer zo makkelijk worden outgesourced naar de markt. Een radicale aanpak, dus.
Benieuwd naar het volledige verhaal van Shivant Jhagroe? Bekijk de opname over de eco-elite hier.