Masters of Light'

Ooit geweten dat Utrecht in de zeventiende eeuw grote internationale kunstenaars heeft voortgebracht terwijl de stad de eeuwen daarna op cultureel gebied van weinig betekenis was?
Leestijd 3 minuten — Do 25 april 2013
Kunst- en wetenschapslezing

Welke kunstenaars waren dit dan en hoe komt het dat juist de stad Utrecht een ideaal sociaal klimaat had voor de bloei van de schilderkunst? De socioloog en kunstliefhebber prof. dr. Paul Schnabel is een kenner van de Utrechtse Caravaggisten. Deze kunstenaars zijn een voorbeeld van hoe kunstinvloeden zich verspreidden over Europa. Tijdens de Kunst en Wetenschapslezing legt Schnabel uit welke rol zij hebben gespeeld in de zeventiende eeuw, door wie ze zijn beïnvloed en hoe de invloed is te zien in de vele schilderijen.

Cultureel centrum

Utrecht was tussen 1600 en 1800 politiek gezien niet van veel betekenis. Het inwoneraantal bleef ook ongeveer hetzelfde, terwijl steden als Amsterdam en Den Haag flink groeiden door de vele migranten uit het zuiden. Hoe komt het dan dat Utrecht juist in de zeventiende eeuw een cultureel centrum werd? In Utrecht was er een grote aristocratische bovenlaag. Deze gaf opdrachten aan kunstenaars om hun winter- en zomerpaleizen weelderig te decoreren. De aristocraten hadden soms wel meer dan dertig schilderijen in hun huizen hangen. Ook al werd Utrecht aan het eind van de zestiende eeuw protestants, het was geen probleem om openlijk katholiek te zijn. Protestanten hadden liever soberheid in plaats van de weelderige decoratie die de katholieken prefereerden. Veel mensen bleven katholiek en zij gaven de vele opdrachten aan de Utrechtse Caravaggisten om hun huizen te versieren.

Rome

Enkele Utrechtse kunstenaars (zoals Jan van Scorel) reisden in de zestiende eeuw al naar Rome om daar de ruïnes uit de Oudheid te bestuderen, maar ook om in contact te komen met de eigentijdse Italiaanse kunstenaars. In de zeventiende eeuw werd deze stroom reizigers steeds groter. Hieronder bevonden zich onder meer Abraham Bloemaert, Gerard van Honthorst en Paulus Moreelse. In Rome maakten ze kennis met de schilderijen van de Italiaanse kunstenaar Michelangelo Merisi da Caravaggio (kortweg Caravaggio, 1571-1610). De invloed van Caravaggio vond men terug in de kunstwerken van de Utrechtse schilders die later de Utrechtse Caravaggisten werden genoemd.

Realisme

De schilderijen van Caravaggio en de Caravaggisten worden gekenmerkt door een sterk contrast tussen licht en donker (clair-obscur), plotseling afgesneden figuren,dramatisch realisme, opvallende kleuren, een vrije iconografie en veel nieuwe thema's. De Utrechtse Caravaggist Dirck van Baburen heeft waarschijnlijk Paulus' bekering van Caravaggio gezien, want als variatie daarop maakte hij Prometheus door Vulcanus geketend. Prometheus ligt even ongemakkelijk als Paulus op de grond, met de armen wijd gespreid. Verder zien we het sterke contrast tussen licht en donker, veel beweging, theatrale dramatiek en is de actieve gebeurtenis net een momentopname.

De Utrechtse Caravaggisten hadden een voorkeur voor obscene scenes. Vooral schilderijen van meisjes met ontblote schouders en een diepe decolleté werden graag geschilderd in de vele koppelaarster- en bordeelscènes met erotische ladingen. De kunstenaars deinsden er niet voor terug om de minder mooie dingen van het leven weer te geven. Was iets lelijk, had iemand een slecht gebit of vuile voeten, dan werd het zo realistisch mogelijk weergegeven. Dit realisme gaf de schilderijen echter een soort schoonheid.

Negatieve connotatie

De kracht, de kleuren, expressie, gedurfdheid, dramatiek en beweeglijkheid in de schilderijen moeten een enorme indruk gemaakt hebben in de zeventiende eeuw. Vooral na de Utrechtse Renaissance die gekenmerkt werd door vele weidse landschappen, zachtere kleuren en rustige composities. De Utrechtse Caravaggisten werden in hun tijd erkend als grote kunstenaars en genoten veel aanzien. De negentiende eeuw heeft echter een enorme negatieve impact gehad op de status van de Caravaggisten. De kunstcriticus Wilhelm Martin (1876-1954) heeft daar een grote rol in gespeeld. Kunst moest Hollands zijn, eenvoudig zijn en een donkere bruine kleur hebben. Het kon niet bewegingsvol, kleurrijk en fantasievol zijn zoals de schilderijen van de Utrechtse Caravaggisten. Deze calvinistische negentiende-eeuwse mythe werd zodoende geprojecteerd op de zeventiende eeuw. Midden twintigste eeuw is dit beeld gaan veranderen. Vandaag de dag kunnen we de Utrechtse Caravaggisten weer terecht goede kunstenaars noemen en worden zij gewaardeerd om hun internationale bijdrage aan de cultuur van de stad Utrecht.

Kijk de lezing over de Utrechtse Caravaggisten hier terug. Veel kunstwerken van deze kunstenaars zijn te zien in het Centraal Museum en het Catharijneconvent. In 1636 werd de Universiteit Utrecht opgericht. Wil je zien hoe vanaf die tijd de wetenschap ontstond kom dan naar het Universiteitsmuseum.