In het kader van de strategische alliantie tussen de TU/e, de Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht sprak bestuurskundige prof. dr. Paul 't Hart op 16 november bij de lunchlezing van Studium Generale aan de TU in Eindhoven over leiderschap. Prof. Sjoerd Romme, die eerder al te gast was in de Boothzaal in Utrecht, was ditmaal de ontvangende partij.
Arno Peels, voorzitter van het College van Bestuur, was enthousiast over de nadere kennismaking tussen wetenschappers van beide instituten, die elkaar in deze lezing letterlijk en figuurlijk aanvullen. Ingenieurs willen de wereld graag veranderen, maar kunnen dat niet alleen.
Publieke leiders zijn anders
Paul 't Hart (Bestuurskunde, UU en co-decaan Nederlandse School voor Openbaar Bestuur) liet de eigen aard zien en de spanningsvelden van publiek leiderschap. De context waarin politieke en ambtelijke leiders opereren is de laatste twintig jaar sterk veranderd. Hun gezag is niet meer vanzelfsprekend. Denk aan de rechtelijke macht of het hoofd van de school in Nieuwegein deze week. Ze moeten zich verantwoorden, terwijl ze zich bevinden in een glazen huis. Elke verspreking van Rutte is via nieuwe media binnen minuten bekend en bepaalt daarna nog drie weken het nieuws. Sir Humphrey, in de beroemde Engelse serie Yes, Minister, waarschuwde zijn minister al: 'You can be open, or you can have government, sir.'
De druk tot snel handelen en schakelen tussen verschillende arena's, rollen en discoursen is enorm. De taal en waarden van de politieke elites komen niet meer overeen met de beleving van de burger, die de overheid ziet als dienstverlener. Het politieke debat vindt niet meer plaats langs de lijnen links en rechts, maar onderscheidt kosmopoliet en nationalist. Bekende waardeoriëntaties van de kiezer zijn aan het schuiven. Het meest knellend is echter het gebrek aan ruimte voor langetermijndiscussies.
All organisations are public
En daarin verschillen de uitdagingen van de manager werkzaam bij de overheid niet van die van bedrijven, volgens prof. dr. Sjoerd Romme (Entrepreneurship & Innovation, TU/e). Ook zij hebben te maken met een toenemende vraag naar verantwoording en transparantie, verwachtingen van allerlei maatschappelijke partijen en afnemend gezag. Leidinggeven is een complex proces, waarin meer dan één persoon de verantwoordelijkheid heeft. Ook bij bedrijven komt met name het langetermijndenken in de knel. Zowel bij de overheid als het bedrijfsleven verwachten we meer van onze leiders dan ze ooit waar kunnen maken. Overheid en bedrijfsleven zullen steeds meer in coproductie opereren met anderen, maar ook zal er meer verantwoordelijkheid komen te liggen bij de burger.
Ruimte voor herontwerp
Zoals bedrijven als DSM medewerkers betrekken bij langetermijndiscussies over waarden of zoals 3M toestaat dat hun researchers op vrijdag werken aan hun eigen ideeën, zo zou je ook in het openbaar bestuur ruimte moeten maken voor herontwerp. Volgens 't Hart kan dit in het bestuur doordat er verschillende bestuurslagen zijn. Vooral gemeenten hebben de rol van proeftuin vervuld. En als het gaat om een concreet issue is de kans groter dat er creatieve oplossingen ontstaan. Experimenteren met nieuwe governancemodellen is in het bedrijfsleven misschien makkelijker dan in het bestuur, maar de conclusie is dat onderzoekers in Eindhoven en Utrecht nog veel van elkaar kunnen leren. En welke rol blijft er dan over voor de leider?
Schakelen
De leider heeft tot taak te schakelen tussen de kortetermijnopgaven - of die nu te maken hebben met doelen van een bedrijf of de politieke waan van de dag - en de lange termijn. Hij of zij moet in staat zijn ruimte te creëren voor nieuwe ontwikkelingen. Omdat de toekomst onvoorspelbaar is, is het organiseren van diversiteit en tegengeluid bij bedrijven en bij de overheid een sleutelwoord. Maar de leider schakelt en kiest op strategische momenten welke nieuwe koers gevaren wordt.
Eerder spraken Paul 't Hart en Sjoerd Romme in Utrecht. Die lezing is hier terug te zien.