In diens onderzoek richt Vriesendorp zich op taalvariatie. Vragen waar die zich mee bezig houdt zijn: hoe wordt taalvariatie verwerkt en opgeslagen in het brein? Hoe gebruiken queer sprekers taalvariatie om zichzelf te plaatsen in het sociale landschap? En hoe ontwikkelt zich in het noorden van Engeland de middenklassevariëteit ‘General Northern English’? Verder onderzoekt Vriesendorp hoe onderzoekers zo precies en inclusief mogelijk naar gender kunnen vragen in vragenlijsten en onderzoekt die de motivatie achter het gebruik van voornaamwoorden bij non-binaire personen.