Als iemand in koud water belandt, daalt zijn lichaamstemperatuur. Als de lichaamstemperatuur zakt tot 30 graden Celsius of lager, ontstaat een levensbedreigende situatie. De tijd tussen het te water raken en het bereiken van een lichaamstemperatuur van 30 graden, wordt de overlevingstijd genoemd. Wiskundigen hebben een formule opgesteld om de overlevingstijd in minuten (R) te berekenen aan de hand van de watertemperatuur (in graden Celsius).
Met deze formule kunnen we dan uitrekenen dat je bij een watertemperatuur van 1 graden, 111 minuten overlevingstijd hebt. In die tijd moet er dus voor gezorgd worden dat de lichaamstemperatuur weer tussen de 36 en 37 graden komt.
Er is een bijzonderheid aan deze formule. Er ontstaat een probleem als de noemer van de breuk 0 is. Namelijk als 0,0785-0,0034*T=0 bestaat de functie niet. Je mag niet door nul delen, want dat is wiskundig niet mogelijk. Dus als T=-0,0785/-0,0034=23,1 graden. In een grafiek van deze functie teken je dan een verticale gestippelde lijn bij T=23.1 graden. Dit noem je een verticale asymptoot, een waarde waar de formule geen uitkomst geeft. Vanaf T= 23.1 graden geeft de formule negatieve waarden voor de overlevingstijd. Dit wil zeggen dat het water dan zo warm is dat je eeuwig in het water kunt liggen zonder onderkoeld te raken. Bij lage temperaturen zijn dit soort formules wel heel handig om de overlevingstijd te berekenen van mensen die te water zijn geraakt. Wiskunde bewijst ook hier weer zijn nut en kan zelfs mensenlevens redden.